Steden en dorpen
De Great West Way omvat een intrigerende mix van grote en kleine steden en dorpen, die de verschillende kanten van het leven in Engeland belichten. Een prettige bijkomstigheid is dat door de relatief korte afstanden je op één enkele dag een stad, stadje en dorp kunt bezoeken.
Londen behoeft natuurlijk geen introductie. Wellicht kom je in deze hoofdstad aan en begint hier je reis in Engeland. Maar op slechts een korte treinrit liggen een aantal van de meest fantastische steden van het VK, zoals Bath en Bristol. Bristol, de stad die het verste op de route ligt, is toch maar 1 uur en 45 minuten met de trein vanaf Londen.
Deze twee steden liggen een kwartier uit elkaar met de trein, maar zijn totaal verschillend. Bath is beroemd om zijn Romeinse baden en vroeg 19e-eeuwse Regency-architectuur, terwijl Bristol bekendstaat om zijn straatkunst en muziekscene. Als je zin hebt in meer stedelijke bezoeken, dan zijn ook Oxford en Salisbury (ze liggen net buiten de route) boeiende bestemmingen.
Wist je dat? Een stad is pas officieel een stad in het VK als de koningin oordeelt dat het zo is. Een plaats hoeft dus geen kathedraal te hebben om een stad te kunnen zijn, zoals vaak wordt gedacht.
Tussen en rond deze steden liggen veel interessante kleinere plaatsen. Dankzij hun compacte afmeting kun je ze op een ochtend of middag makkelijk te voet bekijken. Een aantal bekende plaatsen waar je misschien wel van hebt gehoord, zijn Windsor, Eton, Ascot, Henley-on-Thames en Corsham.
En dan zijn er de dorpen - sommige zijn groot en bedrijvig, andere zijn piepkleine, verborgen gehuchten waar de tijd geen grip op heeft gehad. Zelfs hun namen roepen voorbije tijden op … Winterbourne, Inkpen, Grazeley Green, Lambourn, Lacock en Castle Combe. Als je op zoek bent naar het traditionele Engelse plattelandsleven, dan zijn dit de plaatsen waar je heen moet. Bij voorkeur tijdens een landelijke wandeling met een pauze in een lokale pub.